Publiekslievelingen en andere werken aangekocht sinds 2008 dankzij steun van de Vereniging Rembrandt. Dat toont de expositie ”Als kunst je lief is” tot 3 februari in het Kröller-Müller Museum. Op 29 september vond de opening plaats in aanwezigheid van prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven en vele anderen onder wie ikzelf.
Wat zou het Openbaar Kunstbezit zijn zonder particulieren? ‘Niets’, stelt de Vereniging Rembrandt. ‘De leden droegen 33,5 miljoen euro bij aan de aankoop van 241 kunstobjecten door 76 musea in heel Nederland in de afgelopen 10 jaar. 80 publiekslievelingen zijn nu te zien in de expositie ‘Als kunst je lief is.’
Minister Ingrid van Engelshoven onderstreepte in haar openingstoespraak het belang van de Vereniging Rembrandt. Als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wees ze op de individuele en maatschappelijke waarde van kunst.
‘Kunst is vaak veel meer dan een individuele, esthetische ervaring. Het spreekt tot de verbeelding. En zet je aan het denken. Kunst verrijkt en verbindt. Daarmee heeft ze naast betekenis voor het individu ook maatschappelijke waarde.’
Na de opening is het tijd om de expositie te bezoeken. Peter en ik sluiten ons aan in de lange rij bezoekers. Het eerste wat opvalt, is de ruimte. Dat geeft ons de kans om elk object in al haar schoonheid te bewonderen.
De expositie is niet ingedeeld naar thema, chronologie, naam of anderszins. ‘’Als Kunst je lief is’’, betreft vooral een feest van onverwachte ontmoetingen’, zegt Peter Hecht, Samen met vormgever Maarten Spruyt stelde hij de expositie samen.
‘De tachtig werken – veelal publiekslievelingen – tonen we niet in hun gebruikelijke context maar in verrassende combinaties.’’
Intussen raak ik in gesprek met notaris mr. C.A. de Zeeuw, secretaris van de Vereniging Rembrandt. Hij vertelt me een boeiend verhaal bij een Japanse 17de-eeuwse lakkist voor het Rijksmuseum (gesteund in 2013).
‘Na 1945 was de verblijfplaats van de kist onbekend. Totdat ze onlangs opdook in een Frans gezin. Ze gebruikten haar om er hun televisie op te plaatsen.’
De koffer (jaren ’30 van de 17e eeuw) behoort tot de absolute top van de Aziatische meubelkunst. De verschillende afbeeldingen zijn volgens de makie-techniek in verschillende soorten goudpoeder opgebracht in natte lak.
Op dit niveau is na 1641 geen Japans lakwerk meer gemaakt voor buitenlandse klanten. Nederlandse VOC-dienaren waren de enige buitenlanders die toegang hadden tot de ateliers waar het meest exclusieve lakwerk werd gemaakt.
Zo slaagden zij erin voor 1641, toen de export van het uitzonderlijk mooie lakwerk uit Japan verboden werd, twaalf sublieme voorwerpen naar Nederland te verschepen.
Zo heeft elk van de publiekslievelingen en ander object van de expositie ‘Als kunst je lief is’’ zijn eigen verhaal. Zichtbaar hiervan genieten doen ook prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven.
In het voorbijgaan geeft Paul Rem, conservator van paleis het Loo, een kusje op mijn hand. ‘In de laatste zaal hangt me toch iets moois’’, zegt hij diep onder de indruk van deze topper van publiekslievelingen.
Het object betreft een gobelin van 400 x 800 centimeter van wol en zijde met Bijbelse tafrelen. Afgebeeld is de schepping en de zondenval.
Dit Bijbelse historiestuk is onderdeel van een serie van drie uit Kasteel de Haar. De reeks behoort tot de meest prestigieuze en belangrijkste uit de Late Middeleeuwen en Pre-Renaissance.
Aan mijn man Peter hoef ik niet te vragen naar zijn publiekslieveling. Als oud-opticien met twee prachtige eigen zaken in Haarlem en Zwanenburg is zijn favoriet de brillenverkoper van Rembrandt van Rijn.
Dit werk uit de Lakenhal staat ook bekend als Allegorie op het gezicht. Als vroeg bekendste werk van Rembrandt maakt het deel uit van zijn serie over de vijf zintuigen.
Met deze serie brak Rembrandt met de toenmalige trend om de zintuigen te verbeelden door een allegorische voorstelling. Als jong en onervaren kunstenaar vatte Rembrandt de moed om te kiezen voor een alledaags tafereel.
Spontaan raak ik in gesprek met dr. Matthi Forrer, specialist van Japanse kunst èn officier in de Orde van Oranje Nassau. De senior researcher Japanse collecties bij het Museum Volkenkunde in Leiden ontdekte zes tot nu toe onbekende werken van prentkunstenaar Katsushika Hokusai (1760-1849). Deze schilder is de ‘Rembrandt van Japan’.
Nu wijst hij mij op een kamerscherm mij het verhaal bij het Kamerscherm met de baai van Nagasaki en het eiland Deshima, ca. 1836, Kawahara Keiga, collectie Museum Volkenkunde. ‘’Het is hoogstwaarschijnlijk gemaakt in opdracht of op bestelling van Opperhoofd Niemann’’, vertelt Matthi Forrer.
Het kamerscherm met maar liefst acht slagen verbeeldt de baai van Nagasaki. Goed te zien is het handelseiland Deshima. Dit was vanaf 1641 de VOC-handelspost op Japan.
‘’Het werk is waarschijnlijk gemaakt door Johannes Erdewin Niemann. Hij was van 1834-1838 opperhoofd (opperkoopman) van Japan. ‘’Vooraan zie je een voormalige varkensstal en op de achtergrond de Papenberg’
De Papenberg dankt haar naam aan de executie van katholieke geestelijken. In 1597 stierven 26 gekruisigde christenen aan de marteldood. Ter nagedachtenis werd de kerk gebouwd
Daaraan herinnert de Nourakerk. Zij is de oudste kerk van Japan en staat momenteel genomineerd voor de Werelderfgoedlijst van Unesco.
● De expositie ‘’Als kunst je lief is’’ is een feest van ontmoetingen. Naast een monumentaal 16de-eeuws Bijbels historiestuk uit het Stedelijk Museum Alkmaar hangt een imposante foto van Andreas Gursky uit het Stedelijk Museum te Amsterdam. De werken zijn met grote zorg geselecteerd en geënsceneerd door samensteller Peter Hecht en vormgever Maarten Spruyt.
● Alle kunstwerken zijn met steun van de leden van de Vereniging Rembrandt verworven. Bekende objecten zijn een Japanse 17de-eeuwse lakkist voor het Rijksmuseum (gesteund in 2013), Contra-compositie VII van Theo van Doesburg voor Museum de Lakenhal (gesteund in 2017) en een schilderij van Edvard Munch voor het Van Gogh Museum (gesteund in 2018).
● Het is bijzonder dat topstukken uit veertig musea te zien zijn onder een dak. Fusien Bijl de Vroe, directeur van de Vereniging Rembrandt licht toe: “Bijna elke aankoop in een museum is daar alleen gekomen dankzij de overtuiging van velen dat nou juist dit werk een geweldige verrijking zou betekenen. Het resultaat van recente gesteunde aankopen en het belang van het blijven verzamelen want de collectie is niet af bewijst onze tentoonstelling Als kunst je lief is.”
● Het werk de zondenval is een van de drie tapijten die te zien zijn in Kasteel de Haar te Haarzuilen. De ouders van Barones Alexandra waren ware kustliefhebbers en wellicht ook al lid van de Vereniging Rembrandt.
Wist je dat de Vereniging Rembrandt 15.500 leden telt? Ze streven naar twee keer zoveel om zo kunst door te geven aan volgende generaties. Een Lidmaatschap kost 75 euro.
Lees voor meer info over de vereniging de website van Vereniging Rembrandt.
Lees voor meer informatie de website van ‘’Als kunst je lief is’’.
Lees voor meer informatie over het museum de website van het Kröller-Müller Museum
Alphen aan den Rijn , 24 april 2024, Museumpark Archeon. Burgemeester Liesbeth Spies is trots…
Klaus Kenneth overleefde zijn eenzaamheid met zijn gitaar en meisjes totdat hij God vond Klaus…
200 jaar KNRM, Katwijks Museum, expositie Redders op zee. De KNRM (Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij)…
Rouwverwerking, lezing van rouwcoach Paul Stolwijk voor Bij Barth, Bartholomeuskerk Poeldijk, 5 april 2024. Vlnr:…
Grimbergen, prior Johan Goossens van de abdij der Norbertijnen. Op de achtergrond de abdij en…
Maassluis, 1924, koningin Wilhelmina zwaait naar de burgers vanaf het balkon van het raadhuis (nu…